de Kunst. 196 Wetboek van strafvordering geregistreerde gevallen waarin de uitvoeringforensisch onderzoek vereist. Onder deze procedure begrijpen de onderzoeksactie gericht op het bestuderen van de omstandigheden van de bij de zaak betrokken personen en de redenen op grond waarvan zij worden bepaald. Overweeg in detail Kunst. 196 Wetboek van strafvordering met opmerkingen.
Volgens Kunst. 196 Wetboek van Strafvordering, de benoeming en uitvoering van het examen wordt als verplicht beschouwd indien vereist is om vast te stellen:
P. 3 Art. 196 Wetboek van strafvordering heeft twee alinea's.Ze verduidelijken de gronden waarop het onderzoek wordt uitgevoerd met betrekking tot de verdachten / beklaagden. Dus volgens paragraaf 3.1 wordt de procedure toegewezen om de mentale toestand van volwassenen te bepalen in gevallen van seksueel misbruik van minderjarigen onder de 14 jaar. De procedure is bedoeld om de aanwezigheid / afwezigheid van de verdachte / vermoedelijke neiging tot pedofilie vast te stellen. P. 3.2 Art. 196 Wetboek van strafvordering stelt de verplichting vast om een onderzoek uit te voeren met betrekking tot personen die naar verluidt ziek zijn met drugsverslaving.
Het dossier kan documenten bevattendie de resultaten weerspiegelt van eerder uitgevoerde onderzoeken. Als ze buiten de strafprocedure zijn uitgevoerd en dus zonder de specialist te waarschuwen voor aansprakelijkheid op grond van artikel 307, wordt de verplichting tot het gelasten van een onderzoek door de rechtbank of de onderzoeksinstanties niet opgeheven. Handelingen, certificaten en andere documenten die de resultaten van een afdelings- of ander onderzoek bekomen die op verzoek van deze structuren zijn verkregen, worden niet beschouwd als meningen van deskundigen en vormen geen grond om de procedure te weigeren.
Dus in het dossiergezondheid, als gevolg waarvan het slachtoffer is overleden, moet er een daad van een forensisch deskundige zijn over de ernst, de aard en het mechanisme van vorming van deze schade. Dit document kan de conclusie van het onderzoek van het lijk van de overledene, opgesteld in overeenstemming met de bepalingen van het procesrecht, niet vervangen.
In analyse Kunst. 196 Wetboek van Strafvordering met opmerkingen 2015 G., advocaten onderscheiden de volgende feiten, waarbij een forensisch onderzoek verplicht is:
Daden van medisch onderzoek van het slachtoffer, ondervragingeen deskundige tijdens een bijeenkomst zonder forensisch medisch onderzoek staat niet gelijk aan de mening van de deskundige. De onderzoeksprocedure om de mentale toestand van personen vast te stellen in gevallen waarin er twijfel bestaat over hun gezond verstand / vermogen om hun belangen en rechten onafhankelijk te beschermen, moet ook worden aangewezen wanneer de materialen een kopie bevatten van de handeling van een soortgelijk onderzoek dat in een andere productie is uitgevoerd, maar in verband hiermee onderwerpen.
aangezien Kunst. 196 Wetboek van Strafvordering met opmerkingen 2016 G., u kunt de volgende gevallen formuleren waarin twijfel kan ontstaan over de geestelijke gezondheid van de verdachte / beklaagde:
Het bestaan van twijfels over gezond verstand, evenals het vermogen om zichzelf onafhankelijk te beschermen en dus de gronden voor gebruikt. 196 wetboek van strafvorderingnatuurlijk als de materialen een beslissing bevatten om de duur van het vooronderzoek te verlengen, wat aangeeft dat er behoefte is aan een forensisch psychiatrisch onderzoek.
Bij het aanbrengen Kunst. 196 Wetboek van strafvordering experts krijgen taken toegewezen waarvan de oplossing het volgende mogelijk maakt:
Specialisten worden ook aangesproken met betrekking tothet detecteren van de connectie van de ziekte van het onderwerp met een bedreiging voor anderen en zichzelf, de mogelijkheid om hen aanzienlijke schade toe te brengen. Deskundigen moeten ook nagaan of een burger medische dwangmaatregelen tegen hem nodig heeft en welke. Als er informatie is die duidt op een vertraging in de mentale ontwikkeling van een persoon onder de meerderjarigheid, wordt een uitgebreid onderzoek voorgeschreven. Tegelijkertijd moeten experts de vraag beantwoorden over de impact van iemands toestand op zijn intellectuele capaciteiten, rekening houdend met de leeftijd.
In de praktijk is een examen gericht opvaststelling van een mentale toestand wordt uitgevoerd met betrekking tot alle personen die worden beschuldigd van / verdacht van ernstige daden tegen de persoon. Bij de benoeming van de procedure wordt een passende beschikking (beslissing) gegeven. Meestal wordt in de eerste fase een poliklinische studie uitgevoerd. Als het onmogelijk is om aan het einde ervan een mening te geven en in geval van onenigheid van de onderzoeker, de rechtbank, de ondervragende functionaris met de conclusies van een specialist, wordt een stationair onderzoek toegewezen. Als de tijdens de uitvoering ontvangen informatie onvoldoende is, wordt een aanvullend onderzoek aangewezen. Ze kan worden toevertrouwd aan dezelfde of een andere specialist.