Prijsdiscriminatie is een bijzonderheidmarketingcampagne voor een grote groep consumenten, op basis van hun persoonlijke mogelijkheden. Het wordt vaak gebruikt in omstandigheden van onvolmaakte concurrentie en omvat de verkoop van een specifiek product tegen verschillende prijzen.
Dit concept is ontwikkeld door de Franseneconomisch leider Dupuis. In de 19e eeuw maakte hij een duidelijk onderscheid tussen de bevolking in drie hoofdcategorieën: de armen, de rijken en de welgestelden. Daarom besloot hij duidelijk aan te tonen dat mensen verschillende capaciteiten hebben, respectievelijk dat producten tegen te hoge prijzen buiten de macht van de arme categorie burgers vallen. Maar aangezien elke ambachtsman en elk bedrijf ernaar streeft de winst te maximaliseren, is het noodzakelijk om zijn toevlucht te nemen tot flexibele prijzen.
In moderne marktrelaties is de prijsdiscriminatie stelt organisaties in staat om het aantal klanten aanzienlijk te verhogen en daarmee de levensstandaard van de bevolking te verbeteren. Een bepaalde categorie burgers kan dit product bijvoorbeeld niet tegen een vaste prijs kopen, maar ze zijn er niet tegen om het tegen lagere kosten te kopen. Het blijkt dat het bedrijf de productiekosten dekt en een minimum winstpercentage ontvangt, maar tegelijkertijd het verkoopvolume kwalitatief verhoogt.
Natuurlijk hebben niet alle ondernemingenhet vermogen om het prijsbeleid in de markt zo gemakkelijk te reguleren. In de regel is de voorgestelde methode acceptabel voor die bedrijven die erin geslaagd zijn om sterke posities in de markt in te nemen en de marktomstandigheden kunnen beïnvloeden. Prijsdiscriminatie vereist extra uitgaven voor marktonderzoek, consumentenpubliek en bedrijfscapaciteiten. Dat wil zeggen, voordat u de prijzen van een product onderscheidt, is het noodzakelijk om diepgaand marketingonderzoek uit te voeren en alles zorgvuldig te plannen.
Prijsdiscriminatie en de soorten.
Wetenschappers verdelen dit concept in drie hoofdtypen:
- de eerste soort;
- de seconde;
- de derde.
De eerste vorm van prijsdiscriminatie iseerder een theoretische vorm, aangezien deze in de praktijk praktisch niet wordt gebruikt. Het is gebaseerd op de wens van de verkoper, dat wil zeggen dat hij onafhankelijk bepaalt tegen welke prijs hij het product aan een specifieke gebruiker verkoopt. Er zijn verschillende oosterse markten waar je nog steeds zo'n open relatie kunt vinden. Over het algemeen handelen adviseurs van dure winkels en privéleraren volgens dit principe.
De meest gebruikte discriminatie van de tweedesoort. In dit geval is de prijs rechtstreeks afhankelijk van het aantal aankopen. Een treffend voorbeeld zijn de kosten van goederen bij het kopen van groothandel en detailhandel, omdat het verschil in deze waarden aanzienlijk is.
Prijsdiscriminatie van de derde soort is gebaseerd opdifferentiatie van prijzen naargelang de sociale categorie. Talrijke winkels en firma's ontwikkelen en geven verschillende kortingskaarten uit, houden promoties en verkopen. Zo is er in bioscopen een speciale dag waarop studenten met flinke korting een kaartje kunnen kopen.
Ervaren marketeers differentiëren voorwaardelijkkopers op potentieel en significant. Dit concept is vooral acuut bij de productie van dure goederen of diensten, zoals informatietechnologie. De aanschaf van een grootschalig technologisch systeem is natuurlijk vrij kostbaar en bedoeld voor langdurig gebruik. De voortgang staat echter niet stil, verschillende updates verschijnen met benijdenswaardige regelmaat. Grote bedrijven staan zichzelf toe om de prijzen voor het updaten van het systeem op te drijven en zo te verlagen voor nieuwe klanten.
Prijsdiscriminatie is dus een krachtig hulpmiddel om de bedrijfsprestaties te verbeteren. Bovendien moet de verbetering van het welzijn van de bevolking worden opgemerkt.
p>